Afl 11 Cato en haar drie zonen
Op 21 mei 1913 traden Cato en Tinus in het huwelijk.
Cato was 26 jaar oud.
Ze ontpopte zich als een zuinige huisvrouw die geen geld onverdoens over de balk gooide maar ook zeker niet gierig was.
Ze had een innerlijke gaafheid en zachtheid en was zeer gastvrij.
Al snel werd het huis van dit jonge stel een plek waar zowel de Molengraften als de Doomens welkom waren voor goede raad, een luisterend oor en iets te eten en te drinken.
In het begin van haar huwelijk wist ze door zuinig te leven geld opzij te zetten om later iets voor zichzelf te gaan ondernemen. Het geld zette ze om in gouden tientjes en zodoende had ze op een bepaald moment 34 tientjes gespaard.
In de tijden van financiële stroppen kwamen er vaak wissellopers aan de deur.
Deze moesten contant betaald worden en zo had Cato al een aantal keer een wisselloper aan de deur gehad van een houtleverancier. De kwitantie bedroeg 340 gulden en er was geen geld.
Op een dag heeft Cato al haar gouden tientjes aan de wisselloper betaald.
Op 26 mei 1913 werd het eerste kind geboren aan de Broekhovenseweg. De bevalling werd Cato bijna fataal. In haar jeugd had ze aan Engelse ziekte geleden waardoor vernauwingen van het bekken waren ontstaan. Frans werd gehaald met een verlostang, de littekens op zijn voorhoofd bleven altijd zichtbaar.
In 1733 werd de verlostang algemeen bekend. Het was een nuttig middel in een tijd waarin veel vrouwen door de opkomst van de Engelse ziekte een vernauwd bekken ontwikkelden. Door donkere huizen en vitaminearm eten leden veel kinderen aan een vitamine D-tekort, dat deze vergroeiingen veroorzaakte.
Pas zeven jaar later kwam de tweede zoon, Theo.
Het is een mysterie waarom het zeven jaar duurde voor er weer een kind kwam. Misschien door de Engelse ziekte, misschien dat Cato een psychische druk ondervond vanwege de dramatisch zware eerste bevalling.
In ieder geval deden ze niet aan periodieke onthouding en gebruikten ze geen voorbehoedsmiddelen.
De bevalling verliep een stuk beter dan bij Frans.
Tinus had Theo na de geboorte in de huiskamer van de Korvelseweg voor de kachel gelegd omdat het in januari 1921 bitter koud was.
Toen Theo vier jaar oud werd verzuchtte Cato ’s morgens: “Onze Theo is vandaag jarig en ik heb geen cadeau voor hem”. Ze ging naar de werkplaats en liet oom Theo een triplex pop uitzagen.
Weer zeven Bijbelse jaren later werd de jongste zoon Tiny geboren op 15 juli 1928.
Hij werd geboren in het eerste St Elisabeth Ziekenhuis aan de Gasthuisstraat.
Broer Frans was toen al bij de fraters.
Theo herinnert zich een tochtje met zijn vader om naar zijn nieuwe broertje in het ziekenhuis te gaan kijken. Onderweg kwamen ze slager Pigmans tegen en Tinus vertelde dat hij een zoon had. De slager begon meteen daarna over zijn schoorsteen te praten.
2 Comments
Wat een mooi onbekend woord “onverdoens”, waaruit maar weer blijkt dat het geld wel nuttig besteed moest worden!
Ik vind onze kleinzoon Evan een beetje op baby Theo lijken!
Die Engelse ziekte komt de sexualiteit ook niet ten goede. Misschien dat het daardoor zo lang wachten was op de volgende baby..